Plafond vervuiling
Verkleuring van plafond of wanden bij gesloten haarden
Convectiewarmte en ontluchting
Bij gesloten gashaarden en houtkachels ontstaat warmte voornamelijk door convectie. Koude lucht wordt onderin aangezogen, verwarmd in de ombouw van de haard, stijgt op en verlaat vervolgens die ombouw via ontluchtingsopeningen boven de haard. Deze circulatie is nodig om oververhitting van de ombouw te voorkomen en zorgt ervoor dat de haard veilig en efficiënt blijft werken. De ruimte boven de verbrandingskamer – ook wel de boezem genoemd – wordt hierbij flink warm.
Waarom ontstaan er verkleuringen of vlekken?
Tijdens het stoken kunnen er op wanden of plafonds, met name boven de haard, vlekken of verkleuringen ontstaan. Dit heeft meerdere oorzaken:
- Stofdeeltjes in de lucht
In elk huishouden zweven stofdeeltjes rond. Deze worden meegevoerd in de convectielucht en kunnen in de boezem verbranden. Die verbranding leidt tot fijne roetvorming, die via de ontluchtingsopeningen de kamer in komt en zich kan afzetten op het plafond. - Roet en teer uit andere bronnen
Rook van sigaretten, geurkaarsen, oliebranders, luchtverfrissers en zelfs gourmetten of baklucht kan bijdragen aan de vervuiling. Deze deeltjes reageren op warmte en slaan neer op koelere oppervlakken, zoals muren en plafonds. - Vluchtige stoffen
Ook nieuwe vloerbedekking, meubels of recent schilderwerk kunnen stoffen afgeven die bij verwarming roetvorming versterken. Bij onvoldoende ventilatie blijft deze vervuiling in de kamer hangen.
Waarom is dit bijna niet te voorkomen?
Het is belangrijk om te beseffen dat dit proces hoort bij de manier waarop een gesloten haard werkt:
- Het is een natuurlijk gevolg van convectiewarmte
De verbranding van stof in de warme luchtstromen is onvermijdelijk. Zelfs met goed onderhoud en een correct afgestelde haard blijft dit optreden. Fabrikanten en installateurs zien dit daarom niet als een storing of garantiepunt. - Ventilatie helpt, maar lost het niet volledig op
Zelfs bij normale stofniveaus in huis kunnen er na verloop van tijd vlekken ontstaan. Slechte ventilatie of dichte roosters kunnen het effect versterken. - Geen oorzaak in het toestel zelf
Als de haard mooi geel brandt als die op temperatuur is (en dus geen felle blauwe, zwevende vlammen vertoont), functioneert het toestel naar behoren. In dat geval ligt de oorzaak vrijwel zeker bij de omgevingslucht en ventilatie.
Hoe kun je verkleuring beperken?
Hoewel het niet volledig te voorkomen is, kun je het effect beperken met deze tips:
- Zorg voor goede ventilatie, ook tijdens het stoken. Houd ventilatieroosters open.
- Beperk het gebruik van roet- of geurbronnen, zoals kaarsen, luchtverfrissers, oliebranders of sigaretten.
- Plaats de ontluchtingsopeningen niet te dicht bij het plafond, zodat de warme lucht meer kan mengen met kamerlucht (grotere verdunningsfactor).
- Wacht met stoken in nieuwbouwwoningen of na schilderwerk, zodat bouwvocht of vluchtige stoffen eerst uit de ruimte verdwijnen.
- Controleer of u recent iets heeft veranderd in de ruimte, zoals het sluiten van ventilatieroosters of het aanbrengen van nieuwe materialen die stoffen afgeven.
Samenvatting
Verkleuring van plafonds of wanden boven een warmtebron is een veelvoorkomend en onvermijdelijk verschijnsel, kijk maar eens boven lichtpunten en radiatoren. Door verbranding van stof- en roetdeeltjes in de warme luchtstroom ontstaat lichte vervuiling, vooral bij onvoldoende ventilatie of in combinatie met geurbronnen of vluchtige stoffen. In het geval van een haard zelf is er geen defect – het is een logisch gevolg van convectiewarmte en luchtcirculatie. Met goede ventilatie, schoon stookgedrag en aandacht voor de omgeving kun je het effect wel beperken.